Lopen
Ik ga lopen dacht de reiziger.
Want is er iemand die je vast houdt als je bijna valt?
Troost iemand je als je verdrietig bent?
Is er iemand die je zo begeert zoals ik?
Die je laat voelen dat je vrouw bent en niet “slechts” moeder?
Ik ga lopen dacht de reiziger,
Want is er iemand die je ongelooflijk mooi vind ondanks,
ondanks je te grote, te kleine borsten,
Ondanks je zuur, zoet smaakt,
ondanks je te lange, te korte benen
Ondanks je koelheid, je warmte.
Ik ga lopen dacht de reiziger.
Want er iemand die je het gevoel geeft dat je er toe doet?
Iemand die je zegt: “je bent mijn muze”?
Maar zou er iemand zijn die zo’n knopje heeft,
Je weet wel zo eentje waar je hem aan of uit kunt zetten?
Het accepteert dat je dat hem speelt.
Ik ga lopen dacht de reiziger.
Tot de grens,
De grens van het toelaatbare,
de jouwe, de mijne.
Ik zou voor je 1000 kilometer lopen.
Alleen om bij je te kunnen zijn.
Maar is er iemand die dat allemaal voor je zou doen?